woensdag 2 juni 2010

‘Middeltjes tegen snurken geldverspilling’

Dure middeltjes om snurken te verhelpen schieten hun doel voorbij. Ze houden de onfortuinlijke slaper namelijk vaker uit zijn slaap dan dat ze echt helpen, zo stelt consumenten-organisatie Which?.

Kinbanden om de mond gesloten te houden, pleisters om de neus open te houden, elektrische apparaatjes die een stroomstootje geven als u begint te snurken, mondbeugels maar ook huis-, tuin- en keukenmiddeltjes zoals een tennisbal in de rug van de pyjamajas naaien om te voorkomen dat de snurker op de rug gaat liggen,… Het heeft allemaal meestal slechts één effect: ze zorgen ervoor dat de snurker niet of nauwelijks de slaap kan vatten. Dat is nog maar eens bewezen, nu door consumentenorganisatie Which?. De Britse consumentenorganisatie liet meerdere middeltjes uittesten door 2.000 zware snurkers en peilde niet alleen naar hun bevindingen maar ook naar die van hun onfortuinlijke partners. De belangrijkste bevinding van het onderzoek: ‘Het is belangrijk dat snurkers uitzoeken wat het snurken precies veroorzaakt alvorens een of ander middel te kopen. Sommige producten pakken zelfs uit met wetenschappelijke claims die niet bewezen zijn. En zelfs als de werkzaamheid wetenschappelijk bewezen is, garandeert het gebruik van dit product nog geen succes, want snurken kan nu eenmaal meerdere oorzaken hebben.’

Snurken kan sporadisch optreden, bijvoorbeeld na overmatig alcoholgebruik, te grote fysieke vermoeidheid of na gebruik van bepaalde genees- of slaapmiddelen. Habitueel snurken komt vaker voor: 4 op de 10 mannen, ongeveer half zoveel vrouwen en zelfs één kind op de tien snurken geregeld. Vrouwen beginnen meestal pas na de menopauze te snurken, bij mannen begint het vroeger en neemt het meestal ook toe met de leeftijd.

‘Dergelijke middeltjes zijn eigenlijk een groot schandaal’, bevestigt ook tandarts Miche De Meyer, verbonden aan het UZ Gent, eenheid voor Slapen en Waken. ‘Die fabrikanten zijn alleen maar uit op een verkoopeffect, maar niet één van die producten zorgt voor een écht markant verschil, laat staan een blijvend. Bovendien hebben we ook totaal geen zicht op eventuele bijwerkingen van sprays en dergelijke.’ Wat dan wél werkt? ‘In ons centrum hebben wij prima resultaten met een zogenoemde t-MRA, noem het een antisnurkbeugel. Maar dan wel eentje die specifiek op maat van het gebit van de snurker wordt gemodelleerd. Die duwt de onderkaak een beetje naar voren, wat de vernauwing in de keel ter hoogte van de tong en het weke verhemelte opheft. Daardoor verloopt de luchtstroom naar de longen weer normaal. De beugel biedt een uitkomst voor patiënten met een ‘zuiver snurkprobleem’ - versta mensen die hooguit tien keer per uur snurken - of met een ‘mild obstructief slaapapneu-index’, tien tot twintig keer snurken per uur. Om dat na te gaan, is dus eerst een slaapstudie nodig. Want snurken kan inderdaad een zwaar medisch probleem verbergen, en dat moet eerst worden uitgesloten.’ De t-MRA is overigens onder specifieke voorwaarden terugbetaald door het Riziv.

Bron: stopmetsnurken